

Manaf Halbouni werd geboren in Damascus, Syrië, waar hij het grootste deel van zijn leven doorbracht en momenteel – zoals hij zelf zegt – “werkt en woont hij overal”. In 2008 voltooide hij zijn studie beeldhouwen aan de Universiteit voor Schone Kunsten in zijn geboortestad, waarna hij naar Dresden verhuisde waar hij aan de Kunstacademie een diploma Beeldende Kunst behaalde. Halbouni’s werk omvat een breed scala aan media, waaronder alledaagse voorwerpen en materialen, en wordt gekenmerkt door een maatschappijkritische benadering van thema’s die verband houden met oorlog, wereldwijde conflicten, vluchten, grenzen en migratie. De kunstenaar schuwt niet om de openbare ruimte te gebruiken als podium voor zijn kunst, wat in het verleden zeker voor heel wat opschudding heeft gezorgd. Dit artikel illustreert de totstandkoming van een van Halbouni’s meest iconische werken ‘Monument’ dat nu te zien is op de NDSM.
Met vijf verschillende vrachtwagens is Halbouni’s immense werk Monument van de opslagplaats in Berlijn naar het NDSM-terrein in Amsterdam vervoerd. Deze twaalf meter hoge installatie bestaat uit drie Duitse personenbussen die naast elkaar zijn geplaatst en rechtop met de “neuzen” naar de hemel zijn gekeerd. Door zijn omvang en compositie verdwijnt Monument zeker niet in de achtergrond van de uitgestrekte kade, maar trekt het onmiddellijk de aandacht bij het uitstappen van de veerboot. De installatie was al in 2017 voor het eerst tentoongesteld op de Neumarkt in Dresden in Duitsland en is nog tot eind augustus te bewonderen op de NDSM.
Terwijl hij zijn werk ‘Nowhere is home’ exposeerde op de Biënnale van Venetië in 2015, las Halbouni op een ochtend het nieuws en stuitte op het wijdverspreide beeld dat de Syrische fotograaf Karam Al-Masri maakte in de wijk Bustan al-Qasr in Aleppo. De foto van 14 maart toont hoe drie vernielde openbare bussen overeind waren gezet om een barricade te vormen die burgers moest beschermen tegen sluipschutters toen de burgeroorlog van het land een hoogtepunt bereikte. “Ik zag het beeld en bedacht me hoe fantastisch het is wat mensen doen om zichzelf te beschermen”, zegt Halbouni. “Ze blokkeerden de straten voor sluipschutters zodat ze hun winkels aan de andere kant van de barricade konden openen”, vervolgt Halbouni. “Ik begon op papier te spelen door de bussen uit te knippen met Photoshop. Ik plaatste ze [hypothetisch] op openbare pleinen in Europa en beeldde me in dat dit een vredessculptuur is tegen de oorlog”.
Twee jaar verstreken tussen het experimenteren met het idee en de eerste uitvoering ervan. In de loop van die periode vroeg Kunsthaus Dresden Halbouni om een werk te maken voor hun culturele festival Am Fluss, zu Kulturen des Ankommens [Bij de rivier, over culturen van aankomst]. Halbouni liet hen de beelden zien die hij met Photoshop had gemaakt en zei: “Wat dacht je ervan om dat te doen?”. Zijn voorstel werd met enige terughoudendheid ontvangen, omdat het – gezien de omvang ervan – een zeer ambitieus plan was. De kunstenaar had echter al een idee bedacht voor de constructie van het werk, zodat de bussen stevig konden blijven staan. Na verdere onderhandelingen met de stad kregen ze toestemming om het project te vervolgen, en met donaties van de lokale gemeenschap konden ze dat ook doen.
En er is altijd oorlog, maar er is ook wederopbouw.
%20Manaf%20Halbouni-2.webp)
%20Manaf%20Halbouni-11.webp)
%20Manaf%20Halbouni-6.webp)
In 2017 werd Monument geïnstalleerd op de Neumarkt in Dresden ter hoogte van de Frauenkirche; een zeer symbolische locatie gezien de kerk werd gesloopt in de Tweede Wereldoorlog en herbouwd na de Duitse hereniging. “Ik heb historisch onderzoek gedaan naar de situatie in Dresden in ’45 toen het gebombardeerd werd en Aleppo in 2015 dat door de bombardementen bijna volledig verwoest werd. Ik wilde laten zien hoe oorlog en vrede heel snel kunnen omslaan”, zegt Halbouni. “En er is altijd oorlog, maar er is ook wederopbouw. Dresden werd herbouwd nadat de oorlog voorbij was. Er is dus ook hoop voor de mensen in Aleppo en het Midden-Oosten in het algemeen. Maar eerst moet de oorlog stoppen”. Het monument – als een “onbeschadigd” symbool van hoop – werd geplaatst op het plein enkele dagen voor de jaarlijkse herdenkingsdag op 13 februari waar de slachtoffers van het bombardement van de stad worden herdacht.
Hoewel Halbouni’s Monument bedoeld is om een brug te slaan tussen de oorlogservaringen van het Midden-Oosten en Europa, werd het werk – op zijn zachtst gezegd – niet erg goed ontvangen door een deel van de toeschouwers. Dresden is de thuisbasis van de rechtse anti-immigratiebeweging Pegida waarvan aanhangers klaarstonden om de opening in 2017 heftig te verstoren en het werk te bekritiseren. Ongeveer 400 mensen schreeuwden Halbouni toe toen hij probeerde uit te wijden over de betekenis ervan. “Ze zagen het niet als een vredesmonument, maar als een provocatie van mij om de Duitse slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog te beledigen. Dat was helemaal niet de bedoeling!”, legt Halbouni uit. “Het is een verwijzing naar alle oorlogsslachtoffers, geïnspireerd op een beeld uit Syrië. Maar de extreemrechtse dynamiek is altijd heel interessant, omdat ze verhalen proberen bij te stellen om ze in hun eigen straatje te laten passen. Ze hadden de betekenis van het werk veranderd om het in een hatelijk daglicht te stellen. Dit had nogal een impact”. Halbouni moet wel sterk in zijn schoenen staan, omdat hij ook te maken kreeg met een ontelbaar aantal haatmails en doodsbedreigingen. Hoe hij daarmee omgegaan is? Wel, Halbouni gaf er een artistieke draai aan. “Ik heb er eigenlijk een kunstwerk van gemaakt. Ik heb 15 van die e-mails afgedrukt – ’the best of’ – en ze in een tentoonstelling laten zien”.
Veel mensen zagen het niet als kunst. Ze noemden het Schrott of troep.
Bovendien was kunst in de openbare ruimte op dat moment een heet hangijzer van de discussie in Dresden. De driedelige ‘readymade’ installatie raakt sterk aan de eeuwig voortdurende vraag wat kunst is of juist niet. “Veel mensen zagen het niet als kunst. Ze noemden het Schrott of troep”, merkt de kunstenaar op. Ook hier in Amsterdam hebben sommige mensen op sociale media hun scepsis geuit over de vraag waarom dit als kunst wordt beschouwd, mogelijk zonder de achtergrond ervan te kennen. Halbouni gebruikt echter doelbewust veel pasklare kunst in zijn werk die mensen kunnen herkennen uit het dagelijks leven. “Je kunt mensen daarmee veel beter bereiken en ze met je werk laten interageren of erover laten nadenken dan wanneer het iets gecompliceerds zou zijn”, legt Halbouni uit. De kunstenaar observeert graag hoe mensen zich met zijn werk in de openbare ruimte inlaten en hij merkte dat er in 2017 iets interessants gebeurde op de Neumarkt in Dresden. “Het grappige was dat iedereen voor de bussen bijeenkwam om die discussies te voeren; zowel degenen die voor openbare kunst waren als degenen die ertegen waren, stonden daar de hele tijd te praten. Dat was geweldig. Ze waren niet tegen elkaar aan het schreeuwen. Het was als in een parlement”, legt de kunstenaar uit. De installatie was twee maanden lang in Dresden te zien en in die periode was het er altijd druk. “Normaal is het een plek waar alleen toeristen komen, maar tijdens die twee maanden was heel Dresden er”.
%20Manaf%20Halbouni-33.webp)
%20Manaf%20Halbouni-39.webp)
%20Manaf%20Halbouni-65.webp)
%20Manaf%20Halbouni-8.webp)
Voor Halbouni stelt het tentoonstellen van zijn werk in de openbare ruimte hem in staat om met mensen te discuteren en te begrijpen wat zij ervan denken. “De openbare ruimte is die onschuldige plek waar je iedereen kunt bereiken. Technisch gezien verplicht je mensen om naar iets te kijken, omdat ze er niet aan kunnen ontsnappen. In tegenstelling tot binnengalerijen waar mensen besluiten naartoe te gaan”, aldus de kunstenaar. “Ik laat dingen op een andere manier zien dan je ze kent. Meestal ergeren mensen zich in eerste instantie aan mijn werk. Maar dan merk ik hoe ze erover gaan nadenken en later dat ‘Oh, nu begrijp ik het’ moment hebben. Dat gebeurt vaak met Monument“. Halbouni nam zelfs de moed om in 2015 een extreemrechtse demonstratie in Dresden te bezoeken, waar hij als Sachse auf der Flught [Saks op de vlucht] een vluchtelingenscenario creëerde op de Theatherplatz en gesprekken aanging met demonstranten om hun oppositionele standpunt te begrijpen. Dit was zijn eerste openbare kunstinstallatie en ook al was er een demonstratie gaande, de ontmoetingen die er plaatsvonden waren niet agressief. “Een heel belangrijk gegeven is dat wanneer je in gesprek gaat met mensen die jouw mening niet delen, je een neutraal ontmoetingspunt nodig hebt. Monument was precies dat in 2017″, legt Halbouni uit.
Met de gebeurtenissen in Oekraïne en alle agressies overal, hebben we het meer dan ooit nodig. We hebben vrede nodig.
Na Dresden werd Monument in 2017 neergezet bij de Brandenburger Tor in Berlijn tijdens het Berliner Herbstsalon festival. Ook hier voegde de context van deze locatie een extra laag symboliek toe aan het werk, aangezien de poort ooit de verdeling van de stad in Oost en West belichaamde, maar ook de hereniging sinds de val van de Berlijnse Muur vertegenwoordigt. Nu, vijf jaar later, heeft Amsterdam de eer dit gedenkwaardige werk te huisvesten en de aandacht te vestigen op en de stemmen uit het Midden-Oosten te verbinden met die uit Oekraïne en andere conflictgebieden. De onthulling van het werk vond plaats op 7 juli onder muzikale begeleiding van het Marmoucha Orchestra. Halbouni’s project wordt op de werf gepresenteerd in het kader van de programmareeks ‘(Un)Monumenting’ van de Stichting NDSM-werf. Centraal in dit programma staat de vraag: “Wat zou een monument vandaag de dag moeten of kunnen zijn en voor wie?” waarop de kunstenaar wordt gevraagd te reflecteren. Volgens Halbouni moet een monument een boodschap overbrengen aan het publiek. “Monument draagt de boodschap uit om na te denken over oorlog en vrede. Ik hoop dat we allemaal een moment nemen en stilstaan bij onze daden en de gevolgen daarvan”, aldus de kunstenaar. “Met de gebeurtenissen in Oekraïne en alle agressies overal, hebben we het meer dan ooit nodig. We hebben vrede nodig.”